(Een opgave van Ton.) inconvenient = ongemakkelijk inconvenience = het ongemak Spreek uit met de klemtoon op 've': inkonvieniëns
Zie ook de pagina accessible.
(Bart loopt harder dan zijn broertje.) Bart runs faster ........ his little brother.
then than
as
Je gebruikt "than" in een vergelijking: beter dan, groter dan, etc. In alle andere gevallen gebruik je "then".
Zie ook de pagina than, then.