Het is in het Engels niet beleefd om alleen maar met "yes" of "no" te antwoorden. Daarom worden vaak korte zinnen als antwoord gebruikt. Hierin herhaal je het eerste werkwoord uit de vraag.
Zie ook de pagina antwoord.

'At' (betekenis: naar) is een voorzetsel van plaats. 'At' is in deze zin het logische voorzetsel, omdat 'at' past bij de vijandige actie van het schoppen, terwijl 'running to someone' een meer vriendelijke (niet agressieve) actie onderkent.
Met "run into someone" wordt een toevallige ontmoeting bedoeld.
Onto ... = ... op (bijvoorbeeld onto the street = de straat op)
Zie ook de pagina look after.

Letterlijk: een rode haring
Zie ook de pagina stick in the mud.

aghast = ontzet, ontdaan, verbouwereerd

agape = met open mond (van verrassing, verbazing)
agitated = geagiteerd
affront = krenken
Zie ook de pagina Links.