De verleden tijd (-ed achter het werkwoord) komt vaak voor in zinnen met de voltooid verleden tijd ("have/has" + voltooid deelwoord). De verleden tijd geeft dan aan wat er in het verleden gebeurde nadat er iets anders was gebeurd.

De mogelijkheid "was doing" beschrijft een langduriger proces, dat je niet "quickly" doet. Bovendien zou "quickly" dan beter tussen de twee werkwoorden in kunnen staan, zo dicht mogelijk bij "doing" (I was quickly doing), maar nogmaals: de combinatie van "quickly" met de duurvorm "was doing" is niet logisch.
Zie ook de pagina verleden tijd.

Woorden zoals "glass" die eindigen op een sisklank krijgen in het meervoud -es in plaats van -s.
Zie ook de pagina banks, houses.

Dit is een weetwoord.
Zie ook de pagina accessible.

"Some" en "any" betekenen allebei "wat/enkele/een paar". Je gebruikt "some" in bevestigende zinnen en "any" in ontkenningen en de meeste vragen.
Zie ook de pagina some, any.