29 JAN (klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)
De deelnemers op niveau 2 hebben de test van 29-01-2025 zo ingevuld:
After Richard ........ biology, he studied maths. (Benadruk dat de ene handeling voltooid was voordat de andere handeling plaatsvond.)
was studying had studied
is going to study
Je gebruikt de voltooid verleden tijd (had + voltooid deelwoord) om aan te geven dat iets langer geleden gebeurde dan iets anders. Deze vorm komt daarom vaak samen voor met de verleden tijd. Meestal staat een van de volgende woorden in de zin: "after", "before", "as soon as" of "when".
Zie ook de pagina verleden tijd.
Are there any extra ........ (stoelen)?
chair
chair's chairs
Het woord "chair" heeft een regelmatig meervoud. Er komt dus een -s achter het enkelvoud. Je gebruikt in het Engels nooit -'s in het meervoud.
Zie ook de pagina banks, houses.
This antique coffee table is my most valuable ........ .
posesion
possesion possession
posession
De juiste spelling van het woord 'bezit' is 'possession'.
Zie ook de pagina accessible.
They don’t have ........ money to spend.
many much
a few
Voor zelfstandige naamwoorden die je wel kunt tellen, gebruik je "many". Je gebruikt "much" alleen voor niet-telbare zelfstandige naamwoorden.
Zie ook de pagina many, much, little, few.