If it is sunny tomorrow, we ........ to the beach.
De zin bestaat uit twee delen: een hoofdzin en een bijzin die met 'if' begint. Een bijzin die met 'if' begint, geeft een voorwaarde aan.
Met deze zin wordt uitgedrukt dat het morgen misschien zonnig is. Als dit daadwerkelijk gaat gebeuren gaan we naar het strand.
De if-zin staat meestal in de tegenwoordige tijd (it is), als over de toekomst gesproken wordt. De toekomende tijd zie je in het andere deel van de zin (will go).
Zie ook de pagina
toekomende tijd.