16 JAN (klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)
De deelnemers op niveau 1 hebben de test van 16-01-2025 zo ingevuld:
(Phil keek naar beneden.) Phil ........ down.
look looked
looks
is looking
Je gebruikt de verleden tijd (-ed achter het werkwoord) om aan te geven dat iets in het verleden is gebeurd en nu is afgelopen.
Zie ook de pagina verleden tijd.
(Ik heb altijd twee extra pennen in mijn zak.) I always carry two extra ........ in my pocket.
penns pens
pen
pen's
Het woord "pen" heeft een regelmatig meervoud. Er komt dus een -s achter het enkelvoud. Let op: je gebruikt in het Engels nooit -'s in het meervoud!
Zie ook de pagina banks, houses.
(Als je eenmaal binnen in de school bent, ga dan rechts.) Once you're ........ the school, head to the right.
across
aboard
between inside
'Inside' (betekenis: binnenin) is een voorzetsel van plaats.
Zie ook de pagina in, at, on.
(De hond eet zijn eten.) The dog is eating ........ food.
its' its
it
it's
"Its" is een bezittelijk voornaamwoord en "it's" is een samenvoeging van "it is" (het is) of "it has", (het heeft). In dit geval gaat het om bezit: de hond eet zijn eten op.
Zie ook de pagina it's, its.